Er zijn veel handleidingen, instrumentenkoffers en tips beschikbaar voor het inzetten van burgerparticipatie. De daarin genoemde methoden zijn vaak nogal klassiek: vergaderingen, wijkbezoeken, geeltjes plakken. Ze sluiten vooral aan bij de werkwijze van beleidsmakers, niet per se bij de leefwereld van inwoners. Maar werkt dat altijd even goed en haal je daarmee het maximale uit burgerparticipatie?
Wet verplicht gemeenten tot herziening participatie
Met de nieuwe Omgevingswet als aanleiding, is de Wet versterking participatie op decentraal niveau opgesteld en per 1 januari 2025 ingegaan. Daarmee is er een verplichting ontstaan voor gemeenten om een participatieverordening op te stellen. Dit gaf burgerparticipatie in veel gemeenten een nieuwe impuls. In de gemeente Kerkrade is in 2022 een visiedocument Burgerparticipatie opgesteld, gevolgd door een participatieverordening in 2023. Dat was aanleiding voor de Rekenkamer van Kerkrade om onderzoek te doen naar de effectiviteit van het burgerparticipatiebeleid. Welke ervaringen zijn opgedaan en hoe beleven deelnemers de participatietrajecten?
Transparantie en terugkoppeling als fundament
Burgerparticipatie heeft bij veel gemeenten het doel om de kennis van inwoners beter te benutten, hun betrokkenheid te vergroten en het vertrouwen tussen gemeente en inwoners te versterken. Gemeenten verwachten dat dit ook tot kwalitatief betere besluiten en maatregelen leidt en de relatie met inwoners verbetert. In veel van onze opdrachten komen we het vertrouwensaspect tegen. Verbeterpunten die in Kerkrade naar voren kwamen, hadden vooral daar mee te maken: vertel wat je doet met de inbreng, leg uit waar je wel en geen invloed op hebt en wees duidelijk over de vervolgstappen. Samengevat: een goed proces en een sterke relatie zijn minstens zo bepalend voor succes als de inhoudelijke input van inwoners.
Inwoners inzetten op hun expertise
De valkuil van burgerparticipatie is dat deze vooral wordt toegepast bij beleidsplannen. Uit het onderzoek in Kerkrade bleek dat abstracte planvorming vooral voor professionals interessant is. Denk aan een Omgevingsvisie of een Verkeersvisie. Voor veel inwoners is dat te theoretisch. Betrokkenheid ontstaat pas echt als het om concrete maatregelen en hun directe leefomgeving gaat. De opbrengsten die we uit dit onderzoek, maar ook uit andere opdrachten (bijvoorbeeld in het sociaal domein) halen, is dat juist in de uitvoeringsplannen en concrete maatregelen inbreng van inwoners echt een verschil kan maken. Dan benut je hun expertise optimaal.
Richt je op de praktijk
Methoden als praktijktoetsen, klantreizen en mystery guests laten zien hoe waardevol participatie kan zijn in de uitvoering. Inwoners signaleren moeiteloos knelpunten, onwerkbare procedures of onduidelijke regels. Zaken die op papier goed lijken, maar in de praktijk spaak lopen. In plaats van alleen beleidsplannen voor te leggen, zou participatie zich veel vaker moeten richten op praktische situaties. Wat betekent een nieuwe busbaan in het dagelijks leven? Wat komt er bij kijken als je een buurtinitiatief wilt opstarten? Hoe verloopt je zoektocht als je hulp nodig hebt van de gemeente?
De klassieke vormen van participatie over beleidsvoornemens, zoals enquêtes, informatieavonden, werksessies en wijksafari’s, zijn waardevol maar niet altijd toereikend. Het is niet het beleid waar inwoners mee te maken hebben, het is vooral de uitvoering ervan. Daar heb je inwoners het hardst bij nodig, daar heeft hun inbreng het meeste rendement! Dat vraagt ook andere methoden waarmee je heel dicht bij de dagelijkse praktijk komt.
Auteurs: Yorick van den Berg, Julian Edens, Gerard Nieuwe Weme