070 30 29 500 info@bagroep.nl
hero image
05-10-2021

Dicht de kloof! Herstel en perspectief van kwetsbare stedelijke gebieden

Opinie – Yorick van den Berg 

Op 26 mei 2021, de dag van het Jaarcongres van Sociaal Werk Nederland, kwamen 15 burgemeesters met het manifest: ‘Dicht de Kloof’, dat zij ook gestuurd hebben naar de informateur en diverse Kamercommissies. De burgemeesters roepen op een nationaal programma op te richten voor kwetsbare wijken die te maken hebben met hardnekkige sociale problemen en achterstelling. ‘De coronacrisis’ wordt daarin als aanleiding gebruikt. Of, zoals een van de ondertekenaars, Jan Hamming (Zaanstad) het in de Volkskrant zei: “We waren op weg met onze wijken, met vallen en opstaan. Maar alles wat bereikt was, lijkt nu door onze vingers te glippen, als gevolg van corona.”

Kwetsbaarheid van wijken neemt al jaren toe, Corona drukt ons alleen extra met de neus op de feiten

Nu zit ik vrij pragmatisch in de race: ‘anything goes’ om meer aandacht te vragen voor een reëel maatschappelijk probleem van alsmaar groeiende verschillen tussen wijken en mensen. Ook wij zien in de dagelijkse uitvoering wijken waar het goed en steeds beter gaat en wijken met veel uitdagingen. Waar het vaak niet beter of zelfs slechter mee gaat. Alleen inhoudelijk valt wat betreft de aanleiding die de 15 burgemeesters opvoeren wel wat aan te tekenen. JA, de coronacrisis zorgt dat kwetsbare wijken onevenredig hard getroffen worden. Maar ook NEE. Uit allerlei onderzoeken in opdracht van het ministerie en het onderzoek segregatie in Breda dat door B&A is uitgevoerd, blijkt dat de verschillen tussen de wijken sinds pakweg 2014 alleen maar groter worden. En dat heeft weinig te maken met corona. Dat is al jaren aan de gang.

Oorzaak 1: Investeringskracht van gemeenten onder druk

De oorzaken daarvoor zijn veel structureler van aard. Na grootschalige, vaak door het Rijk ondersteunde programma’s, werd de wijkaanpak steeds meer een financiële en inhoudelijke verantwoordelijkheid van de gemeenten. Alleen de investeringskracht van gemeenten stond, zeker als gevolg van extra taken en minder middelen door de decentralisaties in het sociaal domein, de afgelopen jaren onder druk. Niet alleen financieel waren er minder middelen. Er lekte ook veel van de gemeentelijke tijd weg naar het opnemen van de nieuwe taken in het sociaal domein.

Oorzaak 2: Dominante focus op woonbeleid en leefbaarheid & veiligheid

Pak een willekeurig plan van de afgelopen jaren voor ‘een wijk met uitdagingen’ en twee elementen komen er altijd in voor: woningdifferentiatie (lees: minder sociale huur en meer koopwoningen) en verbeteren leefbaarheid & veiligheid (lees: schoon, heel en veilig). Uit veel onderzoeken blijkt dat van die woningdifferentiatie maar weinig terecht is gekomen. Er zijn wel koopwoningen bijgebouwd in de wijken, maar dat gaat in een veel lager tempo dan nodig is. Ook de scores op het vlak van leefbaarheid (zie de meerjarige ontwikkelingen op de Leefbaarometer) willen voor deze wijken maar niet verbeteren.

Dan de focus op leefbaarheid en veiligheid. Jaren hebben gemeenten en het Rijk geredeneerd dat wanneer wijken leefbaar en veilig worden, ze niet verder afglijden en zelfs verbeteren. De burgemeesters verwijzen in hun brief naar het Rijksprogramma  met de alleszeggende titel Leefbaarheid & Veiligheid. Echter, uit allerlei onderzoeken blijkt dat leefbaarheid en veiligheid weliswaar belangrijk zijn, maar dat dit weinig effect heeft op de fundamentele verbetering van de uitgangspositie van bewoners in deze wijken. Net als de effecten van woningbeleid (minder concentratie van de goedkopere woningvoorraad), heeft dat vooral een ‘verdunnend’ effect op de concentratie van kwetsbaarheid in buurten en wijken. De kwetsbaarheid wordt daarmee meer verspreid en hopelijk beter hanteerbaar. Het gaat echter om het versterken van de hulpbronnen van de bewoners: werk, inkomen, scholing, gezondheid, sociale participatie. Uit onderzoeken naar segregatie blijkt dat het beschikken over voldoende hulpbronnen de verklarende factor is voor het ontstaan van verschillen tussen mensen en wijken.

Oorzaak 3: Effecten van Rijksbeleid: gemeenten zijn niet autonoom en vrij in hun handelen

Gemeenten zijn niet de enige bepalende actor in de wijkaanpak. Corporaties zijn een belangrijke partner. Net als zorg- en welzijnspartijen. Alleen zijn de corporaties ‘terug in het hok’ gestuurd door een stringente aanpak van ‘scheefwonen’ (vaak ook omarmd door gemeentebesturen) en het terugtrekken op de primaire taak van sociale volkshuisvesting. Het investeren in de maatschappelijke voorzieningen in de wijken, zeker in de wijken waar de 15 burgemeesters zich zo’n zorgen over maken, is daardoor heel erg onder druk komen te staan. Ook het beleid van het Rijk om steeds meer kwetsbare bewoners (die voorheen in beschermde woonzorgvormen woonden) in de wijken te laten wonen, heeft geleid tot een opeenstapeling van kwetsbaarheid in met name de sociale woningvoorraad. De aanpak van scheefwonen versterkt dit alleen maar.

Burgemeesters vallen terug in oude reflex: Rijksbeleid en extra middelen

De 15 burgemeesters vallen met hun manifest terug in een oude reflex. We agenderen een vraagstuk, hebben daar (overigens terecht) extra middelen voor nodig en vragen het Rijk om beleid en geld. En daar komt het vraagstuk van de gemeentelijke autonomie gelijk weer om de hoek. Iedere keer dat gemeenten een vraagstuk agenderen, lopen zij het risico dat het Rijk met beleid komt (vaak voorzien van allerlei voorschriften) waarmee gemeenten dan als een soort ‘uitvoeringsloket van het Rijk’ het maatschappelijk vraagstuk mogen aanpakken. Vaak met beperkte financiële middelen. En dat werkt niet. Het Verwey-Jonker Instituut concludeert niet voor niets in haar rapport ‘Richting! Over het sturen op perspectief voor wijken’ dat de regie bij de gemeente moet liggen en dat met name de aanpak van de sociale problematiek niet moet ondersneeuwen ten opzichte van leefbaarheid, veiligheid, wonen en de energietransitie. Ze roepen zelfs op hiervoor een aparte staatssecretaris in het leven te roepen.

Heroverweging dominante beleidsideologie in het sociaal domein is nodig

Het is verstandig om het gemeentelijk en Rijksbeleid nog eens kritisch te beschouwen. Het Sociaal Cultureel Planbureau (Terugblik op de drie decentralisaties, 2020) zegt daar over dat de gehanteerde aannames over de veerkracht en samenredzaamheid niet voor alle mensen opgaan. De beleidsideologie van kortdurende hulp die gericht is op het volledig zelfredzaam maken van bewoners die kwetsbaarheid ervaren, gaat gewoonweg voor grote groepen bewoners niet op. Vooral niet bij diegenen die in de genoemde wijken wonen. Dergelijk generiek beleid werkt in de regel goed voor grote groepen mensen met wie het al redelijk tot goed gaat. Maar slaat beperkt aan bij de bewoners van de wijken waar de burgemeesters zich zorgen om maken. Het is alsof een vaccin tegen corona in de ene wijk maar 50% effectief is, terwijl het in de andere wijken voor 90% effectief is. Een effectieve aanpak vraagt om maatwerk en een lange adem.

Wat wel? Focus op vergroten van hulpbronnen van bewoners

Het doorbreken van armoede en bijvoorbeeld een minder goede gezondheid van generatie op generatie bereik je niet alleen met meer leefbaarheid of veiligheid en meer koopwoningen. Gelijke kansen, gelijke mogelijkheden en vooral goede uitkomsten zoals werk, voldoende inkomen, scholing, gezondheid en sociale participatie zijn voor de bewoners van de wijken die de burgemeesters noemen van het grootste belang.

Wit u reageren of maakt u naar aanleiding van dit artikel graag eens een afspraak? Neem dan gerust contact op:

Yorick van den Berg / manager advies